Petitie SKOR (Stichting Kunst en Openbare Ruimte)

foto: Robert-Jan Muller

De SKOR protesteert tegen de voorgenomen overheidsbezuinigingen, die wellicht voor deze organisatie het einde van de activiteiten betekenen, met een petitie actie. SKOR zegt over zichzelf dat 'SKOR dé culturele instelling (is) die de expertise en kennis heeft om op innovatieve wijze te reageren op het steeds veranderende publieke domein' en roept op: 'Laat de investering die voor kunst in de openbare ruimte is gedaan, niet verloren gaan.'. Lees hier de petitie http://petities.nl/petitie/waar-is-de-kunst-in-de-openbare-ruimte-gebleven

Rijksacademie organiseert petitie actie voor zelfbehoud

Rijksacademie Open Dag, 27 november 2009, foto Robert-Jan Muller

De Rijksacademie in Amsterdam is een van de tweede-fase kunstopleidingen die door de bezuinigingsplannen van de regering worden bedreigd in het bestaan. Het instituut heeft een petitie-actie georganiseerd waarin de staatssecretaris gevraagd wordt de Rijksacademie te ontzien.

De Rijksakademie zegt over zichzelf dat het 'een gezonde instelling (is) met een groot netwerk en draagvlak binnen en buiten Nederland. Het dient als een voorbeeld voor residency programma's en non-profitorganisaties wereldwijd. Een wegbezuiniging van dit instituut zou een ramp zijn voor de Nederlandse beeldende kunstsector en de positie van Nederland in het internationale veld van de hedendaagse kunst.'

Klik hier om de tekst van de petitie te lezen http://www.change.org/petitions/support-the-rijsakademie-secure-the-art-of-the-future?utm_medium=twitter&utm_source=share_petition

Petitie tegen onverantwoorde bezuinigingen op cultuur

Opening tentoonstelling In Search of the Unknown, NIMk, Amsterdam, 2009, foto Robert-Jan Muller

De voorgenomen bezuinigingen op cultuur door Staatssecretaris Halbe Zijlstra heeft onder meer een petitie actie in gang gezet (tot 20 juni te tekenen) op petities.nl. De indieners 'zijn van mening dat beleid niet verantwoord kan worden geformuleerd voordat alle feiten inzake de te treffen maatregelen én de daaruit voortvloeiende consequenties eenduidig beschikbaar zijn'.

De petitie is te lezen en te ondertekenen op http://petities.nl/petitie/bezuinigen-op-cultuur-zonder-alle-feiten-nooit

Protestbrief beeldende kunstinstellingen aan staatssecretaris Zijlstra

Sarah van Sonsbeeck, One cubic meter of broken silence. Foto: Robert-Jan Muller

Een aantal beeldende kunstinstellingen schreef een open protestbrief aan Staatssecretaris Zijlstra van Cultuur en aan de leden van de Tweede Kamer naar aanleiding van de voorgenomen bezuinigingen op de cultuur. Volgens de schrijvers, waaronder SKOR, NIMk, De Zaak Nu (de zogenaamde presentatie instellingen), post-academische kunstopleidingen en kunstenaars, betekenen de plannen 'simpelweg het einde van een internationaal gewaardeerd cultuurklimaat dat zijn weerga niet kent elders in de wereld'. Hieronder de tekst van de brief.

Nederland, 10 juni 2011

Geachte heer Zijlstra, Geachte leden van de Tweede Kamer,

De notitie die de Staatssecretaris vandaag heeft bekend gemaakt, betekent geen nieuw begin, zoals deze eerder heeft gesteld, maar simpelweg het einde van een internationaal gewaardeerd cultuurklimaat dat zijn weerga niet kent elders in de wereld.

Voor Thorbecke, de geestelijk vader van staatssecretaris Zijlstra, althans van zijn partij, was de politiek het gevolg van een lange termijn visie. Hij zag de politiek bestuurder als vormgever van de tijd, die historische lijnen interpreteert en van daaruit een visie ontwikkelt voor de toekomst. De maatregelen die de Staatssecretaris voorstelt verbleken in het licht van zijn voorganger tot resultaatbejag op de korte termijn, dat zich geen enkele rekenschap geeft van historische verworvenheden en maatschappelijke ontwikkelingen. Een prominente Nederlandse verzamelaar noemde de notitie van de Staatssecretaris een nieuwe ‘beeldenstorm’. Die vergelijking is treffend en adequaat: het veld ‘beeldende kunst’ wordt in en door deze notitie verminkt met fatale gevolgen voor het publiek.

We leven in een beeldcultuur. Kennis en informatie circuleert grotendeels in de vorm van beeld. Kunst, en beeldende kunst in het bijzonder, is bij uitstek het domein dat ons leert om te gaan met dat wat we nog niet kennen, dat ons onverwachte visies en vergezichten biedt. Beeldende kunst maakt een zelfbewuste en kritische omgang met het alomtegenwoordige beeld mogelijk. Het is daarom onbegrijpelijk dat een overheid die haar burgers wil voorbereiden op een veelbelovende toekomst, besluit om dat deel van het maatschappelijk bestel onderuit te halen, dat het publiek hierin begeleidt. De keiharde aanpak van de sector beeldende kunst (van 53,5 miljoen naar 31 miljoen) wordt in deze notitie niet onderbouwd met logische noch feitelijke argumenten. Read more

Genomineerden AICA Oorkonde 2011 bekend

De drie nominaties voor de AICA Oorkonde 2011 zijn bekend. In de periode 2008-2010 komen volgens de jury als beste tentoonstelling in aanmerking: Erasmus in Beeld (Museum Boijmans Van Beuningen), Play van Abbe (Van Abbemuseum) en Van Goghs brieven. De Kunstenaar aan het woord. (Van Goghmuseum). AICA Nederland leden kunnen tot en met 30 juni stemmen op de tentoonstelling van hun voorkeur. Hieronder zijn de nominaties te lezen.

Door Robbert Roos, Ingrid Commandeur en Kees Keijer (jury AICA Oorkonde 2011)

Erasmus in beeld (Museum Boijmans Van Beuningen, Rotterdam, 8 november 2008 t/m 8 februari 2009). (foto's Bob Goedewaagen)

De tentoonstelling Erasmus in beeld in Museum Boijmans Van Beuningen was in essentie een tentoonstelling over het leven en werk van Desiderius Erasmus, maar oversteeg in alles het doorgaans weinig beeldende karakter van een historische schets. De tentoonstelling bracht de raakvlakken van Erasmus’ gedachtegoed en de prentkunst en beeldende kunst uit de vijftiende eeuw (1450-1550) op thematische wijze in beeld. Door de nadruk te leggen op de invloed van Erasmus op de kunsten en het feit dat hij zelf ook veelvuldig is geportretteerd, was op de tentoonstelling een ruime selectie belangrijke topstukken te zien. De tentoonstelling bracht portretten bijeen van Erasmus door kunstenaars als Quinten Massys, Hans Holbein de Jonge en Albrecht Dürer. Brieven en geschriften bewijzen dat Erasmus nauwkeurig de regie behield over de wijze waarop hij werd afgebeeld. Ook besteedde de tentoonstelling aandacht aan onderwerpen die hem na aan het hart lagen zoals: geleerdheid en opvoeding, oorlog en vrede, kerk en kunst. De twee ‘kanten’ van de tentoonstelling – historische artefacten en autonome kunstwerken – werden op een voorbeeldige manier aan elkaar gekoppeld en met elkaar vermengd. Het samenbrengen van theorie (het intellectuele gedachtegoed van Erasmus) en de beeldende kunst zorgde kortom voor een interessante wederzijdse contextualisering.

Van doorslaggevend belang voor de tentoonstelling was hiervoor echter ook de tentoonstellingsvormgeving van kunstenaar Krijn de Koning in samenwerking met grafisch vormgever Tessa van der Waals, die de beeldende benadering van een ontrafeling van Erasmus’ gedachtegoed extra benadrukte. De grote, blauwe abstracte, ruimtelijke structuur zorgde voor een geconcentreerde kijkomgeving, waarin de veelheid aan materiaal toch overzichtelijk en behapbaar kon worden bekeken. Een vergelijkbare inzet van de abstracte ruimtelijke installaties van Krijn de Koning in een tentoonstelling was eerder te zien in de tentoonstelling The return of Religion and other Myths (2008, BAK basis voor actuele kunst). Daar waar in deze tentoonstelling de ingreep van Krijn de Koning echter de eenheid van de tentoonstelling leek te breken, was er in Erasmus in beeld sprake van een perfecte synergie tussen de ruimtelijke tentoonstellingsvormgeving en de werken en thema’s, die voortreffelijk met goede, inhoudelijke zaalteksten werden begeleid. Het gaf een sterke, actuele uitstraling aan de tentoonstelling en plaatste thema’s als ‘Oorlog en vrede’, ‘Iconoclasme’, ‘kerk en geloof’ in een bijzonder actueel perspectief. Er is zorgvuldig onderzoek gedaan naar alle aspecten van Erasmus’ leven en de impact van zijn geschriften op de kunst. Bij de tentoonstelling verscheen op basis daarvan een uitgebreide publicatie.

Hans Holbein: Desiderius Erasmus, 1523, olieverf op paneel, 42 x 32 cm., Musée du Louvre, Parijs

Read more

Boekpresentatie 'Images of Farming'

Antje Schiffers: Still uit de film 'Bringing the Cattle down from the alp' (2008)

Afgelopen vrijdag werd in het Fries Museum het boek 'Images of Farming' gepresenteerd. De uitgave, verzorgd door kunstenaars Wapke Feenstra en Antje Schiffers (myvillages.org) toont vanuit beeldende kunst en cultuuronderzoek een andere kijk op het boerenbedrijf.

Er zijn weinig onderwerpen die zoveel vooronderstellingen opleveren als de boerderij. Het reflecteren op beelden van de boerderij ligt op het snijvlak van cultuur, mythe vorming, erfgoed en beeldende kunst. Dit boek vraagt aandacht voor de beeldvorming rondom het boerenland met twintig (beeld)essays van kunsthistorici, cultuurwetenschappers, kunstenaars, landschapsarchitecten en anderen. De productie en de beeldvorming van zowel kunst als boer worden belicht.

De beeldbeschrijvingen zijn vanuit een multidisciplinair, ruraal en (kunst)historisch kader geschreven. Het beeldmateriaal en de artikelen tonen voorstellingen en interpretaties van het boerenbedrijf vanuit Duitsland, Nederland, Spanje, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten. De redacteuren Antje Schiffers (D) en Wapke Feenstra (NL) zijn met Kathrin Böhm (UK/D) de oprichters van myvillages.org, een kunstenaarsplatform dat zich richt op het platteland als plaats van en voor culturele productie.

Tekst- en beeldbijdragen van o.m.: Susanne Cockrell, Marloes Eskens, Fernando Garcia Dory, Pietsie Feenstra, Wapke Feenstra, Amy Franceschini, Alexandra Gaba-van Dongen, Hubert Lobnig, Jack Luiten, Robert-Jan Muller, Roger Owen, Ted Purves, Paul Roncken, Maarten Rooijakkers en Antje Schiffers.

Images of Farming, Wapke Feenstra, Antje Schiffers (red.) | grafische vormgeving: Niels Schrader, Mind Design i.s.m. Miriam Thijssen | paperback | 15,5 x 22 cm | 224 pagina’s | rijkelijk geïllustreerd | Engelstalig | ISBN 978-94-90322-24-3 | www.japsambooks.nl Met steun van o.m. Mondriaan Stichting en Fries Museum.

AICA calls for immediate release of artist Ai Wei Wei


The international Association of Art Critics( AICA) is a global organization, established in 1948, comprising art critics who are anxious to improve international cooperation in the fields of artistic creativity, mediation and endeavour. Freedom of expression is one of the hallmarks of a free and democratic society and any curtailment or breach of this basic civil right must be utterly condemned.

In this regard we are aware of and unreservedly deplore the increase generally in China of the detention of political and human rights activists, writers and lawyers. At this moment AICA totally condemns the recent detention by the Chinese authorities of internationally acclaimed artist Ai Wei Wei. With the previous demolishment of his Shanghai studio and the restrictive difficulties he has experienced  exhibiting in his home country  he has been shamefully treated and his fundamental human rights violated.

We add our voice to all the other cultural and political organisations in calling for the immediate release of Ai Wei Wei and the full restoration of his human rights and freedom of expression.

AICA Commission on Censorship and Freedom of Expression

AICA Fellowship Fund: Aanmoedigingsprijs voor beste recensie

In 2010 werd de eerste Aanmoedigingsprijs van het AICA Fellowship Fund uitgereikt aan Franck Hermann Ekra uit Ivoorkust. Dit jaar is de aandacht gericht op de jonge kunstkritiek in Zuid- en Midden-Amerika. Tineke Reijnders is oprichter en voorzitter van dit internationale AICA initiatief.

door Tineke Reijnders

Het AICA Fellowship Fund is enkele jaren geleden opgericht om professionele critici uit landen met een lage economische standaard niet om die reden buiten te sluiten. Het Fellowship Fund is gebaseerd op individueel engagement. Leden die het zich kunnen permitteren betalen tweemaal het internationale lidmaatschap (30 euro) teneinde zo het lidmaatschap mogelijk te maken van collega’s uit de zogenaamde Band B landen. AICA telt ruim 70 nationale secties, maar de meeste leden wonen in westerse landen. Donateurs aan het Fellowship Fund dragen bij aan een evenwichtiger geografische spreiding. Een influx van jonge critici uit Zuidoost-Azië, tal van Afrikaanse landen en de Caraïben zou bovendien in de pas lopen met de dynamische artistieke ontwikkelingen in die gebieden.

Om in contact te komen met getalenteerde critici is in 2010 de AICA Aanmoedigingsprijs voor jonge kunstkritiek gelanceerd. In samenhang met de Biënnale van Dakar werd vorig jaar een competitie voor de beste recensie uitgeschreven. Winnaar van de eerste versie van deze prijs werd Franck Hermann Ekra uit Ivoorkust. Zijn artikel is te vinden op de AICA site; ook de teksten van drie andere genomineerden zijn daar gepubliceerd. In 2011 wordt een competitie uitgeschreven in samenhang met de Biënnale van Mercosul in Brazilië. In dit geval worden jonge critici uit Zuid- en Midden-Amerika uitgenodigd te reageren.

De winnaar ontvangt een vrij lidmaatschap voor drie jaar en wordt uitgenodigd om deel te nemen aan het eerstvolgende congres. De jury bestaat uit de leden van de Fellowship Fund Commissie (Henry Meyric Hughes (GB), Marie-Pascale Gildemyn (B), Irini Savvani (Gr), Yacouba Konaté (Cd’I) en Tineke Reijnders, voorzitter), aangevuld met Lisbeth Robollo (Br) en Adriana Almada (Paraguay).

De Nederlandse sectie telt tot nu toe een tiental donateurs. Het streven is het aantal dit lopende jaar te vergroten.

Jury AICA Oorkonde 2011

Juryleden AICA Oorkonde 2011 v.l.n.r. Ingrid Commandeur, Kees Keijer, Robbert Roos

De AICA Oorkonde 2011 voor de beste tentoonstelling gehouden in Nederland in de periode 2008-2010 wordt dit najaar uitgereikt. De jury bestaat uit Ingrid Commandeur, Kees Keijer en Robbert Roos. In de AICA jaarvergadering eind mei worden de genomineerde tentoonstellingen bekend gemaakt, waarna de AICA leden kunnen stemmen op de tentoonstelling van hun voorkeur.

Ingrid Commandeur (1970) is kunstcriticus en onderzoeker en schrijft voor vakbladen, nationaal en internationaal. Van 2004 tot 2010 was zij als kunstcriticus en eindredacteur verbonden aan Metropolis M. Sinds 2010 is zij mede-oprichter en redacteur van Alauda Publications, een nieuwe uitgeverij op het gebied van hedendaagse kunst, cultuur en theorie. Zij werkt op dit moment tevens aan een boek over de receptie van de paradigmatische verschuivingen in de kunstscene van de jaren negentig in de kunstkritiek.

Kees Keijer (1965) is kunstcriticus van Het Parool, Museumtijdschrift en De Witte Raaf. Als kunsthistoricus was hij verbonden aan diverse musea, zoals het Stedelijk Museum Amsterdam en het Kröller-Müller Museum. Kees Keijer publiceert regelmatig in tentoonstellingscatalogi en andere publicaties over kunst van 1850 tot heden.

Robbert Roos (1960) was hoofdredacteur van Kunstbeeld en sinds 2008 hoofdconservator van kunsthal KadE in Amersfoort. Daar maakte hij tentoonstellingen als 'Wonderland, through the looking glass' en een uitgebreide overzichtstentoonstelling van Tom Claassen.

In 2008 werd de AICA Oorkonde voor tentoonstellingen uitgereikt aan Eva Meyer-Hermann, bedenker en samensteller van de tentoonstelling Andy Warhol in het Stedelijk Museum. In december 2010 werd de AICA Oorkonde uitgereikt aan de AVRO in de categorie Instellingen en organisaties.


Laudatio AICA Oorkonde 2010 voor AVRO

v.l.n.r. Simone van den Ende, hoofd Kunst en Cultuur AVRO, Willemijn Maas, algemeen directeur AVRO en Robert-Jan Muller, voorzitter AICA Nederland

De AICA Oorkonde 2010 werd afgelopen vrijdag 2 december aan de AVRO uitgereikt in een druk bezochte feestelijke bijeenkomst in het Stedelijk Museum Amsterdam. Willemijn Maas, algemeen directeur van de AVRO en Simone van den Ende, hoofd Kunst en Cultuur kregen de Oorkonde uitgereikt door Robert-Jan Muller, voorzitter van AICA Nederland. Martijn van Nieuwenhuyzen sprak de lofrede uit namens de jury die verder bestond uit Dr. Marga van Mechelen (voorzitter) en Gerrit Jan de Rook. 'Het stevige platform dat de AVRO vooral de afgelopen tien jaar binnen de publieke omroep voor de kunst heeft gebouwd, blijkt nu van onschatbare waarde', aldus Van Nieuwenhuyzen.

door Martijn van Nieuwenhuyzen

Wie vlug een rondje googled of in het digitale archief duikt van het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid, ziet dat de AVRO, in de geschiedenis van de publieke omroep, zich altijd in de voorste gelederen heeft bevonden als aanbieder van informatie over kunst en cultuur. Zeker op ons vakgebied – beeldende kunst, vormgeving en architectuur – heeft de AVRO, weliswaar de ene keer meer succesvol dan de andere, zich met opvallende hardnekkigheid als intermediair tussen kunst en het grote radio en televisiepubliek opgeworpen. Vandaag zijn we bijeen om de betrokkenheid van de AVRO bij kunst en cultuur te prijzen.

Vanaf de jaren vijftig en zestig hebben alle zendgemachtigden zich met kunstprogrammering op radio en televisie beziggehouden. Veelal vanuit oprecht enthousiasme voor de kunst, soms 'omdat het moest'. Sinds de jaren vijftig zijn er vele tientallen magazines, documentaire series, quizzen en praatprogramma's over kunst uitgezonden. Sommigen daarvan en hun makers behoren tot de Nederlandse omroepgeschiedenis. De AVRO lanceerde in 1959 het legendarische 'Kunstgrepen' met Pierre Jansen. De NTS/NOS werkte tot eind jaren zeventig intensief samen met Openbaar Kunstbezit. Hans Keller maakte vanaf de jaren zestig belangrijke kunstdocumentaires voor diverse omroepen. Hank Onrust deed in 1973 van zich spreken met 'De Ivoren Toren', dat na een paar uitzendingen door de AVRO de nek werd omgedraaid en doorging bij de TROS onder de naam 'Het Heilig Vuur'. Boudewijn Büch werd in de jaren tachtig bekend met zijn kunstprogramma's voor de VARA en Henk van Os maakte zich geliefd met Museumschatten (VARA) en Beeldenstorm (AVRO).

De match tussen kunst en televisie was echter nooit completely 'Made in Heaven' om met Jeff Koons te spreken. Het is meer een strompeltocht, met vallen en opstaan, in het spanningsveld van het op human interest en emotie gerichte massamedium en de verwachtingen van de kunstwereld. En natuurlijk in toenemende mate onder druk van kijk- en waarderingscijfers, wettelijke cultuurvoorschriften en de concurrentie van de commerciële zendgemachtigden. In die arena werd het bijna een zeldzaamheid als een kunstformat het op de televisie langer volhield dan een seizoen. Read more