Zomercursus voor professionals Nederlandse 17de eeuw

 

 

 

 

 

 

Rijksmuseum Amsterdam met Rembrandts Staalmeesters, een van de locaties van de Zomercursus (foto: Robert-Jan Muller) 

 

Van 16 t/m 27 augustus 2009 organiseert de AMSU (Amsterdam Maastricht Summer University) in samenwerking met het Rijksmuseum, het RKD (Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie) en CODART (Curators of Dutch and Flemish Art) weer de zogeheten Zomercursus onder de titel: Dutch Art of the Golden Age: Sources and Perspectives. Het volledige programma alsmede de aanmeldings- en selectieprocedure zijn te vinden op de website van de AMSU: www.amsu.edu/en/course/dutch-art-of-the-golden-age-sources-and-perspectives/.

De cursus is bedoeld voor wetenschappers en studenten gespecialiseerd op het gebied van de Nederlandse zeventiende eeuw kunst. Bij aanmelding dient een cv en motivatie te worden geleverd. Op basis daarvan wordt de toelating beoordeeld. Kosten voor deelname zijn € 900,-.  Docenten zijn gerenommeerde wetenschappers op het kennisgebied. Tijdens de cursus worden verschillende locaties in Nederland bezocht.  

AICA wenst de kunst een voorspoedig en openbaar 2009!

 Rijksmuseum, bibliotheek, december 2008 (foto: Robert-Jan Muller)

Amsterdam is in 2009 uitgeroepen tot Art City. Met een vanzelfsprekend 'bruisende' campagne worden toeristen lekker gemaakt met het overvolle kunstaanbod van Amsterdam. Daarbij wordt voorbij gegaan aan het feit, dat twee van de belangrijkste Amsterdamse centra voor hedendaagse beeldende kunst in 2009 geen onderkomen hebben. Het zal nog een klein jaar duren voor het internationaal gerenommeerde De Appel zijn intrek kan nemen in het voormalige Popinstituut aan de Prins Hendrikkade en pas in december 2009 (zo wordt beloofd) opent het Stedelijk Museum zijn vernieuwde deuren. Voor het moment wordt met bouwkeet en ad hoc presentaties door het SM en De Appel het hoofd hoog gehouden. Het Rijksmuseum mag blij zijn als het in 2013 zijn nieuwbouw gereed heeft. Kerncollectie en hard-hat tours zijn datgene wat het huis van nationale schatten op dit moment nog te bieden heeft. Per 2009 organiseert ook het Theater Instituut Nederland (TIN) geen tentoonstellingen meer in Amsterdam en gaat een nomadisch bestaan leiden. De gemeente Amsterdam schijnt er niet de ironie in te zien zichzelf nu als Art City te pluggen. De stekker is voorlopig uit de belangrijkste Amsterdamse kunstinstituten. Hij wordt ingeplugd in een reclamecampage. 

 

MARLENE DUMAS. De getuige als regisseur

Marlene Dumas, Exotic Lingerie, 1983, 130 x 224 cm. Bruikleen © Centraal Museum, Utrecht

The Museum of Modern Art toont tot en met 16 februari 2009 Measuring your own grave, een overzichtstentoonstelling van het werk van Marlene Dumas. In New York geven 70 schilderijen en 35 tekeningen inzicht in de ontwikkeling van het werk van Dumas sinds de late jaren '70. Bert Jansen (kunstcriticus) publiceert hier naar aanleiding van deze tentoonstelling een bewerking van zijn artikel dat eerder verscheen in Jong Holland. Zijn de schilderijen en tekeningen van Dumas dagboekachtige confidenties of maakt zij als een sociologe of psychologe mondiale kwesties bespreekbaar? Jansen: 'Dumas ontsnapt door het toelaten in haar werk van persoonlijke aanleidingen aan een belerende, generaliserende en moraliserende teneur'.  (English summary after the jump: Marlene Dumas. The witness as director; By Bert Jansen)

Door Bert Jansen

Wordt Marlene Dumas zo hoog geschat om de fermheid waarmee ze het persoonlijke als onderwerp in haar werk durft te nemen of om de afstandelijkheid waarmee ze een mondiale problematiek aan de orde stelt? Een vergelijking van enkele werken uit de beginjaren van haar oeuvre leert dat juist het vermijden van eenduidigheid in deze tegenstelling de basis vormde voor haar kunstenaarschap.

Afgaande op wat je hoort en leest over Marlene Dumas (1953) lijkt de visie op haar kunstenaarschap steeds een keus tussen twee uitersten. Enerzijds is er de groep die de kunstenares bewondert om de ontwapenende vrij­moedigheid waarmee zij sinds 1977 in haar collages, tekeningen en schilderijen alles wat tot het persoonlijke wordt gerekend open­baar maakt. Voor deze groep fungeert Dumas als rolmodel, vooral om de manier waarop zij zaken aan de kaak stelt die de positie van de vrouw betreffen: clichés over vrouwen in de media en de reclame, pornografie voorgesteld als erotiek, het valse sentiment rond het moederschap, de mannelijke suprematie in de kunst.

Het probleem met deze visie is dat zij kunstwerken opvat als dagboekachtige confidenties. Dagboeken schrijven we allemaal maar daarmee is wat aan de pagina's wordt toevertrouwd nog geen literatuur. Een literaire tekst wordt slechts ten dele gedragen door de vertelling. De plaats van de schrijver wordt ingenomen door de autonome vorm van de tekst: zinsbouw, woordkeus, ritme. Is deze voorwaarde in de wereld van het boek algemeen geaccepteerd, in de beeldende kunst bestaat vaak het misverstand dat het vergasten van de kijker op ongewenste intimiteiten een bewijs zou zijn van een avant-garde standpunt.

De andere vaak gehoorde visie op het werk van Marlene Dumas lijkt het tegendeel van de eerste. Omdat de kunstenares zaken aan de orde stelt waarin een generatie zich herkent, krijgt zij de status van een sociologe of een psychologe die een mondiale problematiek zichtbaar en bespreekbaar maakt. Deze gedachte is vooral te vinden bij curators van groepstentoonstellingen die de maatschappelijke relevantie van kunst willen benadrukken. Zo vermeldde het persbericht van de tentoonstelling Respect! Vormen van Samenleving  in Marokko waaraan Dumas deelnam: "Ze [de kunstenaars] ontmaskeren stereotype beeldvorming, slaan bruggen tussen verschillende culturen en ontwikkelen nieuwe sociale structuren en alternatieve modellen voor samenleven."

Met deze nadruk op maatschappelijk engagement deelt deze visie Marlene Dumas eigenlijk in bij voorbeelden die haar in de vormende jaren voor 1983 inspireerden: Cindy Sherman (1955), Barbara Kruger (1945) en Jenny Holzer (1950).1) Daarbij wordt echter vergeten dat Dumas door het toelaten in haar werk van persoonlijke aanleidingen destijds juist ontsnapte aan de belerende, generaliserende en moraliserende teneur in het werk van haar voorbeelden. Read more

Rare, Great and Fresh: Hedendaagse kunst en financiële crisis door Sotheby's verklaard

 

 

 

John Currin (schilderij), Tobias Meyer (hand).     (foto: Robert-Jan Muller)

 

Door Robert-Jan Muller

De grote veilinghuizen in hedendaagse kunst, zoals Christie's, Phillips, Sotheby's en Bonhams, krijgen direct te maken met de turbulente ontwikkelingen in de financiële wereld. Vermogende collectioneurs zijn vaak niet meer zo vermogend en verzamelaars die nog niet veel pijn voelen van de crisis worden voorzichtig. Alleen de werken van gevestigde namen, en dan vooral het werk van onbetwiste kwaliteit, provenance en tentoonstellingsgeschiedenis kunnen verzekerd zijn van een goede veilingopbrengst. Zo zal het aangeboden werk van bewezen kaskrakers als Picasso, Bacon, Rothko en Guston voorlopig nog topprijzen halen. Afgelopen november bracht het abstracte Beggar's Joys van Philip Guston (met de vroege datering 1955-56) bij Sotheby's New York USD 10,162,500.- op.

 Philip Guston: Beggar's Joys, 1955-56

 

 

 

 

De hedendaagse Chinese schilderkunst, tot recent nog een gewild experimenteer- en speculatiegebied in het veilingwezen, bevindt zich echter, wat de veilingopbrengsten betreft, in de gevarenzone. Het werk van Yue Minjun (bekend van de gezichten met een bevroren tandpasta lach) en Zhang Xiaogang bereikte eerder dit jaar nog plafondrecords (een familieportret van Zhang behaalde een bovengeschatte opbrengst van € 4.344.737,- in april dit jaar), maar afgelopen oktober bereikten beiden een veilingopbrengst die maar net boven de laagste estimate lag. En deze schatting was al laag gehouden. Zowel Yue als Zhang zijn hedendaagse kunstenaars met 'erkende' veilingkwaliteit, net als de Brit John Currin. Diens schilderij Nice 'N Easy resulteerde bij Sotheby's in november in een veilingresultaat van USD 5,458,500.-.

John Currin: Nice 'n Easy, olieverf op doek, 111.8 x 86,4 cm., 1999

 

 

 

 

 

 

 

 

Het is interessant hoe Sotheby's zijn top veilingstukken aanprijst. Sinds enige tijd wordt daarvoor het middel van de zg. Private View gebruikt, een on-line rondleiding langs enkele binnenkort te veilen topstukken. De aangeboden werken zijn inderdaad van zeer hoge kwaliteit en ze worden niet alleen aangeprezen, maar ook voorzien van een zekere kunsthistorische context door de verschillende 'gidsende' veilingexperts. Daarnaast wordt er gewezen op hun herkomst en welke soortgelijke werken er wel of niet bestaan en wellicht (niet) op de markt zullen verschijnen. Om een voorbeeld van zo'n private view te bekijken (en kennis te maken met de intrigerende persoon van Tobias Meyer, Worldwide Head Contemporary Art Sotheby's) klik op http://www.sothebys.com/video/privateview/N08489/index.html 

Recent produceerde Sotheby's echter een on-line bericht aan de collectioneurs, waarin Meyer en enkele van zijn medewerkers de visie van het veilinghuis presenteren op de risico's en kansen tijdens de huidige 'dramatic different financial situation'. Nu wordt duidelijk dat er een onderscheid wordt gemaakt tussen 'what is great and what is not so good'.  Sterke nadruk wordt gelegd op degelijkheid en expertise van Sotheby's en zijn experts. De John Currin deed het goed en bracht een hogere prijs op dan de estimate (3,5-4,5 miljoen USD). Volgens Tobias Meyer voldeed het schilderij dan ook aan de essentiële voorwaarden die een kunstwerk op dit moment tot een zekere investering maken: het is Rare, Great and Fresh.  Klik voor deze video op http://recp.rm05.net/servlet/MailView?ms=MTMxMjQ5MgS2&r=NTM1OTQyNjcyNAS2&j=MTQ2MDMxMjY5S0&mt=1&rt=0 

 

Laudatio voor Eva Meyer-Hermann, winnaar AICA Oorkonde

 Warhol tentoonstelling in Stedelijk Museum

Vrijdag 19 december sprak Lily van Ginneken de laudatio uit ter gelegenheid van de toekenning van de AICA Oorkonde aan Eva Meyer-Hermann, bedenker en samensteller van de tentoonstelling Andy Warhol. Other Voices, Other Rooms in het Stedelijk Museum eerder dit jaar. Elders op deze site is meer te lezen over deze toekenning. Van Ginneken gaat in op de specifieke aanpak van Meyer-Hermann, die deze tentoonstelling voor een groot publiek toegankelijk maakte: 'Zonder op de knieën te gaan voor een populistische aanpak, slaagde ze er in een populaire tentoonstelling te maken. Voor de jongeren was het een eye-opener, voor de ouderen een feest van herkenning met veel nieuws'. (This dutch version is followed here by the english translation by Michael Gibbs)

Door Lily van Ginneken

Het was een feest om de Warhol-tentoonstelling binnen te komen. Er hing een andere sfeer. Het Stedelijk CS zag er niet eerder zo uit. Eenmaal binnen was het overweldigend. Zoveel te zien, zoveel bewegend beeld waaraan je kon blijven plakken, met daarnaast de waarschuwende klokken, zo lang gaat ‘t duren…

De presentatie Other Voices Other Rooms, verwijzend naar die zoekende onrust in de gelijknamige roman van Warhols leeftijdgenoot Truman Capote, was in 3 duidelijk van elkaar te onderscheiden zones ingedeeld: Film scape, Cosmos en TV scape, zonder dat er sprake was van een hiërarchische opstelling, nee: alles werd als evenwaardig áán en naast elkaar getoond, met het risico dat je door al die beelden en geluiden misschien de grip op die ene film kwijtraakte, of net het gesprek tussen Andy en Edie miste.

Dit was echter geheel de opzet van curator Eva Meyer-Hermann. In haar begeleidende tekst schrijft ze: De creativiteit van Warhol is 40 jaar lang constant gebleven, zowel in zijn commerciële als in zijn vrije werk. ‘All is pretty’ is zijn egalitaire devies. Daarmee bedoelt hij niet dat elk alledaags gebruiksvoorwerp kunst is – waar het hier om gaat is: zijn haast democratisch te noemen instelling om alle dingen in de wereld evenveel betekenis toe te kennen. Alles wat het leven te bieden heeft, is ook geschikt om dat leven te beschrijven. Zijn wereldberoemde portretten vertegenwoordigen dan ook maar een deel van dit radicale wereldbeeld. De foto’s, video- en audio-opnamen zijn even belangrijk en niet te vergeten de voorwerpen uit het dagelijks leven die hij nooit weggooide, maar jarenlang bewaarde in dozen de ‘Time Capsules’.

 In de manier waarop Eva Meyer-Hermann haar Warhol-tentoonstelling heeft samengesteld probeert ze inzicht te geven in Warhols manier van werken, in zijn houding, in zijn fascinaties. Wélke materialen en technieken hij ook gebruikt of toepast, élk onderwerp kán en krijgt dezelfde aandacht. De zich talloze keren herhalende zeefdrukken van de Campbell soepblikken of de portretten van Marilyn Monroe, liggen immers in dezelfde lijn als de vertraagde eindeloos durende filmprojectie van het statische Empire State Building of van een urenlang slapende vriend.

In Other Voices Other Rooms wordt Warhol gepresenteerd niet zozeer als de autonome auteur van sacrosancte kunstwerken, maar als regisseur cq veroorzaker van een indrukwekkend multidisciplinair, collectief tot stand gebracht oeuvre, waarin op een onvergelijkelijke manier ‘leven’ wordt zichtbaar gemaakt. En dát gebeurt hoofdzakelijk via de in principe toch betrekkelijk onkunstzinnige manier van: reproduceren zonder commentaar. Niet voor niets wordt Warhols methodiek vaak vergeleken met een spiegel. Een onpersoonlijker instrument kun je je haast niet voorstellen.

Uit Eva Meyer-Hermanns benadering van Warhols persoonlijkheid blijkt echter dat geen emotie hem vreemd is. Hij is zowel insider als outsider, is middelpunt van de hippe wereld-jet set, maar voelt zich op zijn gemak thuis bij zijn strijkende moeder, is voyeur, stalker, weet zich geen raad met zijn uiterlijk maar staat ingeschreven als fotomodel, neigt tot jatten van ideëen, maar is tegelijkertijd motor en initiatiefnemer, hanteert in zijn werk geen moraal, maar gaat trouw naar de kerk, kortom een vat vol tegenstellingen. Dit maakt hem echter wel tot de uiterst gevoelige seismograaf, die in staat is die onvergetelijke kroniek van de jaren zestig, zeventig en tachtig te creëren. Read more

Eva Meyer-Hermann ontvangt AICA Oorkonde 2008


Eva Meyer-Hermann (links) en Janneke Wesseling (foto: Marieke van Giersbergen)

 

 

 

 

 

Dr. Eva Meyer-Hermann, samensteller van de tentoonstelling Andy Warhol. Other Voices, Other Rooms in het Stedelijk Museum in 2007-2008, ontving vrijdag 19 december de AICA oorkonde 2008 uit handen van AICA voorzitter Janneke Wesseling tijdens een feestelijke bijeenkomst in De Nieuwe Kerk. Jan Debbaut, voormalig directeur van het Van Abbe Museum en tegenwoordig zelfstandig tentoonstellingsorganisator in Londen besprak in zijn lezing op deze avond de verschijningsvormen van de tentoonstelling en de receptie ervan op de verschillende locaties (naast Amsterdam het Moderna Museet Stockholm, het Wexner Center for the Arts in Columbus, Ohio en de Hayward Gallery in Londen). De laudatio werd uitgesproken door Lily van Ginneken. De bijeenkomst werd afgesloten met een dankwoord door Eva Meyer-Hermann.

 Jan Debbaut (foto: Marieke van Giersbergen)

 

 

 

 

 

 

 

Janneke Wesseling (l) en Eva Meyer-Hermann (foto: Robert-Jan Muller)

 

 

 

 

 

 

Deze website publiceert op een later tijdstip de tekst van Lily van Ginnekens laudatio. Een videoimpressie van de tentoonstelling (onder de song I'll be your mirror van Nico) kunt u bekijken door te klikken op

http://www.youtube.com/watch?v=36ccbDt14WQ&eurl=http://kunst.blog.nl/nieuws/2008/12/19/gastcurator-andy-warhol-krijgt-oorkonde

 

'Power woman' Carolyn Christov-Bakargiev artistiek leider documenta 13

 

 

 

 

 

 

Carolyn Christov-Bakargiev

 

 

Carolyn Christov-Bakargiev is door de documenta-toezichtsraad gekozen tot artistiek leider van documenta 13, die gehouden wordt van 9 juni tot 16 september 2012 in Kassel. Hiermee is het advies gevolgd van een internationale adviescommissie, waarvan de woordvoerder Kaspar König is. De keuze werd 3 december bekend gemaakt in de documenta-Halle te Kassel.

Christov-Bakargiev is hoofdcurator van het Castello di Rivoli in Turijn en was dit jaar de artistiek leider van de 16de Sidney Biennale. In de periode 1999-2001 werkte zij als Senior Curator of Exhibitions voor P.S.1 Contemporary Art Center te New York. Daarvoor werkte zij internationaal als zelfstandig curator. Zij is geïnteresseerd in de relatie tussen historische avantgarde en hedendaagse kunst en publiceerde veelvuldig over Arte Povera. In 1998 schreef zij de eerste monografie over de Zuid-Afrikaanse kunstenaar William Kentridge. Daarnaast organiseerde Christov-Bakargiev meerdere groepstentoonstellingen in Italië. In 1993 maakte zij tijdens de Biënnale van Venetië een tentoonstelling rond John Cage.   

Silke Lautenschläger, Hessische minister van wetenschap en kunst en tevens vice-voorzitter van de documenta-toezichtsraad omschrijft Christov-Bakargiev als een 'Power-Frau' die documenta 'schitterende nieuwe impulsen zal geven'. 

Uitreiking AICA Oorkonde 2008 aan samensteller Warhol tentoonstelling

 

 

 

 

 Andy Warhol: Mario Banana No.1 (1964), film-still, © 2007  Collectie/collection The Andy Warhol Museum, Pittsburgh.  All rights reserved

De AICA Oorkonde 2008 wordt vrijdag 19 december uitgereikt aan dr. Eva Meyer-Hermann, samensteller van de tentoonstelling Andy Warhol. Other Voices, Other Rooms. Deze uitgebreide Warhol tentoonstelling was in 2007-2008 te zien in het Stedelijk Museum CS en werd door de AICA leden in ruime meerderheid de jaarlijkse AICA Oorkonde toegekend. (Over het jury rapport van het AICA bestuur lees het bericht op deze site van 10 augustus jl.)

Voorafgaand aan de uitreiking in de Nieuwe Kerk te Amsterdam spreken AICA voorzitter Janneke Wesseling, Stedelijk Museum directeur Gijs van Tuyl, Jan Debbaut, voormalig directeur Van Abbemuseum en Lily van Ginneken, lid van AICA Nederland. Na de aansluitende uitreiking spreekt Eva Meyer-Hermann. Voor het officiële programma kunnen de genodigden (die inmiddels hun uitnodiging hebben ontvangen) de tentoonstelling Heilig Vuur. Religie en spiritualiteit in de moderne kunst bezoeken, waarin een deel van de Stedelijk Museum collectie wordt getoond. (Meer over deze tentoonstelling in het bericht van 7 november op deze site.)

Een impressie van de tentoonstelling (wmv-format) kunt u zien door te klikken op http:/www.stedelijk.nl/content/other%20voices%20other%20rooms.wmv 

De uitreiking vindt plaats op vrijdag 19 december van 17.00-18.30 in de Nieuwe Kerk, Amsterdam. Aansluitend wordt een verfrissing aangeboden. 

Persinformatie via mvangiersbergen@xs4all.nl (Marieke van Giersbergen)

 

Cinema en hedendaagse kunst op Rencontres Internationales 2008 in Parijs

 

 

 

 

 Manon de Boer: Sylvia Kristel – Paris, 2003, (video-still), Super-8  op video. (foto galerie Jan Mot, Brussel)

In Parijs vindt van 28 november tot en met 7 december de Rencontres Internationales 2008 plaats, de zeventiende aflevering van een festival gewijd aan cinema en hedendaagse kunst. Op verschillende locaties in de stad, zoals het Jeu de Paume, Centre Pompidou, Maison Européenne de la Photographie, Beaux-Arts de Paris en L'Entrepôt worden tentoonstellingen, forums, multi-media concerten en filmvoorstellingen georganiseerd. Daarbij komen aan bod de nieuwste internationale ontwikkelingen op het gebied van new cinema en beeldende kunst, waarbij er sprake is van een cross-over tussen de twee disciplines. Verschillende buitenlandse culturele instituten participeren in het 10-daagse evenement met eigen programma's, zoals het Goethe Instituut, het Instituto Cervantes, Canadian Cultural Centre, Zweeds Cultureel Centrum en het Finse Instituut. Het complete tentoonstellingsprogramma is on-line te bekijken in een video library.

Deelnemende kunstenaars en filmmakers zijn onder (veel) meer Chantal Akerman, Manon de Boer, Emanuelle Antille, Ken Jacobs,  William Wegman, Lawrence Weiner, JoDi en Christophe Bruno. Voor een compleet overzicht van de deelnemende kunstenaars klik op http://www.art-action.org/en_info.htm 

Aanmelden als pers kan via http://www.art-action.org/en_prog.htm (deadline 25 november). Het complete programma is 23 november beschikbaar.

'Now is the Time': lezing over design, kunst en massacultuur

 

 

 

 

 

 

Studio Job: Dish-cover (met Job Smeets en Nynke Tynagel)

 

Now is the time is een lezing verzorgd door Camiel van Winkel en Rick Poynor (GB) in een serie presentaties onder de titel Art & Theory in the 21st Century. De lezingenserie wordt de komende maanden georganiseerd door Stedelijk Museum Amsterdam, Universiteit van Amsterdam, W139, SMBA en METROPOLIS M. Uitgangspunt van de lezingenserie is de gedachte dat design in toenemende mate de ondermijnende rol heeft overgenomen van de beeldende kunst. Met zijn communicatieve functie is design beter in staat dan kunst het grote publiek aan te spreken. De huidige associatie met de markt ontdoet design echter van zijn angels en kritisch vermogen. Het verlies van autonomie van design (als dat al geen innerlijke tegenspraak is) houdt gelijke tred met het verlies van zijn maatschappelijk-kritisch vermogen. De vragen in deze lezingen zijn wat de relatie is tussen design, kunst en massacultuur en welke strategie kunstenaars en ontwerpers hanteren om maatschappelijke bewustwording te genereren. 

Camiel van Winkel (NL) is onder meer hoofd lectoraat Beeldende Kunst van AKV | St Joost (Avans Hogeschool) in ’s-Hertogenbosch en publiceert over beeldende kunst. Rick Poynor is gespecialiseerd op het gebied van grafisch ontwerp, typografie en beeldende cultuur en is een van de oprichters van Eye Magazine. In 2004 stelde hij een tentoonstelling samen in The Barbican Art Centre onder de titel Independent British Graphic Design. 

Moderator van de lezing is Peter Rijntjes, interim directeur van het Museum voor Grafische Vormgeving (De Beyerd) te Breda.

Datum en tijd: donderdag 28 november, 20.00 uur. Locatie: Oude Lutherse Kerk (Universiteit van Amsterdam), Spui 411, Amsterdam. Website: www.nowisthetime.nlÂ