Detail van 'We want to live' van Susanne Khalil Yusef (Duitsland, 1984), in de tentoonstelling 'Foreign Land', maart 2025 in de VU ART SCIENCE gallery in Amsterdam. Foto: Joke de Wolf
AICA International dringt er bij de Duitse regering op aan de vrijheid van kunst te beschermen en tegelijkertijd antisemitisme te bestrijden. De huidige praktijken hebben als risico zelfcensuur en de facto censuur in de culturele sector te voeden, zo waarschuwt de internationale vereniging in een verklaring gericht aan de 'Beauftragter der Bundesregierung für Kultur und Medien', de 'Ausschuss für Kultur und Medien' van de Duitse Bondsdag, en alle federale ministers van onderwijs en cultuur van de afzonderlijke deelstaten.
In de verklaring stellen Malgorzata Kazmierczak, voorzitter van AICA International, en Niilofur Farrukh, voorzitter van het Censorship and Freedom of Expression Committee van AICA, (CFFE) dat de Duitse regering na de aanslagen door Hamas in oktober 2023 met de resolutie 'Nie Wieder ist Jetzt' in november 2024 legitieme kritiek op Israël beschouwt als antisemitisme. De resolutie veroordeelt alle boycotcampagnes en gaat daarin in tegen de uitspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens uit 2020 ter bescherming van dergelijke uitingen. Dit heeft bijgedragen tot de annulering van evenementen, het plaatsen van kunstenaars en curatoren op een zwarte lijst en een klimaat van zelfcensuur in de kunstwereld, zo stelt AICA in de verklaring. Daarom dringt AICA er onder andere op aan de Nie Wieder – resolutie aan te passen, en eerdere beperkingen te herzien.
Onlangs publiceerde Eric Wear namens de CFFE al een Toolkit for Resisting Censorship onder de titel 'Silenced, not Stopped', met daarin een overzicht van de rechten en opties voor beroep wanneer kunstenaars, curatoren en critici te maken hebben met censuur. Joke de Wolf, voorzitter van AICA Nederland, is ook lid van de CCFE.
Kunstcriticus Bert Jansen is tot onze spijt in augustus overleden, hij was al enige tijd ziek. Hij schreef als freelance kunstcriticus onder andere voor het Financieele Dagblad, Kunstlicht, Metropolis M en vele andere publicaties, hij cureerde tentoonstellingen en in 2015 promoveerde hij op een proefschrift over Marcel Duchamp. Hij was lid van AICA Nederland.
Saskia Monshouwer, bestuurslid van AICA Nederland, schreef een in memoriam.
Ik leerde hem kennen in de trein, ergens jaren negentig als ik me goed herinner. We waren beiden op weg naar Museum De Pont in Tilburg voor de opening van een expositie van de Canadese kunstenaar Jeff Wall. De journalistiek is een eenzaam vak. Je bent veel op pad, spreekt niet vaak met collegae, maar in dit geval ontwikkelde zich een prettig gesprek op initiatief van Jansen. Hij was vriendelijk en kordaat, nieuwsgierig met een vleug filosofische humor, bijzonder genoeg om de ontmoeting in herinnering te houden.
In de daarop volgende jaren liep ik Jansen met enige regelmaat tegen het lijf: In zijn hoedanigheid van criticus voor het Financieele Dagblad – hij werkte ruim 22 jaar voor die krant en schreef er 450 artikelen voor, aldus zijn website; in de periode dat hij docent kunstgeschiedenis was aan de KABK in Den Haag (van 2002-2008); maar ook in de jaren daarna, toen zijn onderzoek naar Marcel Duchamp de boventoon voerde. Hij analyseerde diens werk aan de hand van de materiële cultuur en de tijdschrift-conventies uit de vooroorlogse jaren, een aanpak die aansloot bij zijn kennis over Martial Raysse en het Nouveau Realisme waar hij in 1984 zijn eindscriptie kunstgeschiedenis over schreef. Jansen dacht over Duchamp vanuit diens gebruik van objecten dat tot een complex taal- en beeldspel leidde. Hoe dit functioneerde, liet Jansen onder andere zien aan de hand van de collectie objecten uit de tijd van Duchamp die hij zelf had aangelegd.
De dissertatie 'Chacun son Marcel'? Meerduidigheid in het werk van Marcel Duchamp waarmee hij in 2015 aan de universiteit Leiden promoveerde, is een goed leesbare studie waarin Jansen het werk van Duchamp niet alleen aan kunst en maatschappij relateert, maar ook aan het persoonlijke leven van de kunstenaar. De Bruid houdt van haar Vrijgezel, tenslotte verscheen in 2021 bij de Nederlandse Academie voor 'Patafysica. De tekst gaat over de rol van schrijver en kunstcriticus Gabrielle Buffet in het leven van Duchamp. De complexe amour fou van Duchamp, Buffet en haar (latere) man Francis Picabia zijn, zo stelt Jansen met grote precisie, gerelateerd aan het ontstaan van ‘Het grote glas’ van Duchamp.
"Chacun son Marcel”? is een titel met een vraagteken. Dat tekent Bert Jansen, als genereus mens, nieuwsgierig criticus en curator en karaktervol kunsthistoricus. Hem komt een eigen fietswiel toe en plezier in het zoemend spakenspel.
De jaarvergadering van AICA Nederland is op 24 mei vanaf 19:30 uur in Perdu.
Op de agenda staan oa de presentatie van de twee kandidaten voor het voorzitterschap van AICA Nederland voor de komende 3 jaar : Laurens Otto en Joke de Wolf. Ook zullen de voor het eerst door de Nederlandse notaris goedgekeurde statuten aan de leden ter goedkeuring worden voorgelegd.
Leden van AICA Nederland krijgen binnenkort per mail de stukken toegestuurd samen met de uitnodiging.
Op vrijdagmiddag 24 januari om 15 uur bezoeken we gezamenlijk het vernieuwde museum Cobra in Amstelveen. Daar bekijken we de tentoonstelling 'The New Mother Sculptures', de speelse tentoonstelling die Ad de Jong maakte , en de tentoonstelling 'Voices From a Simmering City' van Sylvie Zijlmans & Hewald Jongenelis. De nieuwe directeur, Suzanne Wallinga, zal ons, leden van AICA Nederland, ontvangen en na een gezamenlijk museumbezoek willen we graag toosten op het nieuwe jaar.
Inloop vanaf 14:45 – toegang gratis op vertoon van AICA-kaart.
Vooraf aanmelden wordt op prijs gesteld – via info@aicanederland.org
Over 'The New Mother Sculptures': The New Mother Sculptures is een tentoonstelling samengesteld door de bekende Nederlandse kunstenaar en curator Ad de Jong. Ruim vijftig sculpturen van in Nederland woonachtige kunstenaars worden in een unieke setting getoond. Een speciaal aangelegde lemen vloer en een soundscape bieden de bezoeker een nieuwe manier om kunst te ervaren: niet alleen visueel maar met inzet van alle zintuigen.
Deelnemende kunstenaars:
Maria Roosen, Hilke Walraven, Corine Zomer, HW Werther, Annegret Kellner, Yair Callender, Kristine Hymøller, Hester Oerlemans, Henk Visch, Sachi Miyachi, Théophile Blandet, Lisa Sebestikova, Saar Scheerlings, Maya Berkhof, Maaike Kramer, WONNE, Job Koelewijn, Elena Giolo, Diana Scherer, Jonas Ohlsson, Izaak Zwartjes, Arjanne van der Spek, Esther de Graaf, Femmy Otten, Hans van den Ban, Gijs van Poecke, Klaartje van Essen, Laura Canha Malpique, Mickey Yang, Simon Wald-Lasowski, Rens Spanjaard, Ad de Jong, Jordan Herregraven, Loma Doom, Maartje Korstanje, Afra Eisma, Ellen Yiu en Suzanne Plomp.
PS: de volgende reguliere Salon is op 25 februari vanaf 19:30 in Perdu
Wat doet een redacteur eigenlijk? Op dinsdag 17 september duiken we dieper in de veelzijdige rol van de redacteur bij het tot stand komen van kunstpublicaties.
Voor velen betekent redigeren simpelweg het corrigeren en verbeteren van een tekst, maar in de praktijk omvat het werk vaak meer. Een redacteur is een stille verbinder, de
onzichtbare kracht achter de schermen. Welke verantwoordelijkheden horen daarbij, en waar houden die op? Moeten diens onzichtbare bijdragen meer erkenning krijgen?
De redactionele wereld is voortdurend in beweging, met nieuwe uitdagingen en verantwoordelijkheden die de grenzen van het vak steeds opnieuw definiëren. Hoe is het
werk van de redacteur door de jaren heen veranderd, en wat kunnen we in de toekomst verwachten?
Tijdens het panelgesprek op dinsdag 17 september verkennen we deze en andere vragen. We gaan in gesprek met Din Pieters (oud-hoofdredacteur Museumtijdschrift) Esmee Postma (redacteur Museum Boijmans van Beuningen en freelance criticus en curator) en Masha van Vliet (redacteur Stedelijk Museum en Tubelight)
Tussendoor is er een Klein Dictee der Nederlandse Kunst – met zelfs voor de meest ervaren kunstschrijvers verraderlijke valkuilen.
Praktisch
De Salon begint om 19:30 uur, inloop vanaf 19:00 uur.
Locatie: Perdu, Kloveniersburgwal 86, Amsterdam
Toegang: gratis, ook voor niet-AICA-leden. Aanmelden via info@aicanederland.org wordt op prijs gesteld.
Over de AICA-Salon: Tijdens de AICA-Salons houden leden van AICA-Nederland, de Nederlandse afdeling van de internationale vereniging voor kunstciritici AICA en/of gastsprekers een prikkelende presentatie of een panel over een actueel onderwerp dat betrekking heeft op de kunstkritiek. Daarnaast is er ook ruimte voor onderlinge discussie. Aansluitend is er een borrel.
Alvast een paar nieuwe data voor de AICA-kalender:
26 juni, vanaf 19 uur: jaarvergadering van AICA Nederland, in Perdu, Amsterdam
17 juli, 15 uur: AICA-Salon op locatie – gezamenlijk bezoek van Landhuis Oud Amelisweerd en de tentoonstelling van Rory Pilgrim
4-9 november: congres van AICA-International, deze keer georganiseerd door AICA Roemenië, in Boekarest en Iasi, lees de Call for Papers en meer toelichting hier (deadline voor bijdragen is 7 juli)
Jan van Munster,12 x IK (1999), installatie Abdijplein Middelburg, glas, argon, transformators. Foto: Ruden Riemets
Op dinsdagavond 27 februari gaan kunstcritici Hanne Hagenaars, Zippora Elders en Lena van Tijen met AICA-bestuurslid en kunstcriticus Christel Vesters in gesprek over de rol van het ik in hun werk. Steeds vaker brengen kunstcritici, behalve hun mening, ook hun persoonlijke beleving en (levens)ervaring in stelling in kunst kritische teksten. Welke functie heeft deze persoonlijke toon ten aanzien van de lezer? En hoe verhoudt zij zich tot de veronderstelde objectiviteit van de criticus? 'The personal is political', schreef de feministische activiste Carol Hanish in 1970, maar hoe verhouden het persoonlijke en politieke zich in de kunstkritiek?
Van beeldend kunstenaars is het inmiddels geaccepteerd dat zij autobiografische elementen in hun werk verwerken. De scheidslijn tussen kunstenaarschap en privé leven is meestal niet zo helder. Maar van de mensen die over hun werk schrijven, de kunstcritici en – journalisten, wordt nog steeds een bepaalde mate van objectiviteit verwacht, ook al bestaat zoiets als een 'objectief waardeoordeel' niet. Deze voorwaarde en claim van een objectieve kunstbeschouwing is de erfenis van een 'pure' modernistische kunstkritiek (denk: Clement Greenberg), die van de kunstcriticus verlangt zijn of haar subjectieve oordeel te staven aan bijvoorbeeld maatgevende meesterwerken uit de (westerse) kunstgeschiedenis. Esthetiek is het doel; politiek, maatschappelijke discussies, individuele meningen, laat staan persoonlijke gevoelens, dienen buiten het domein van de kunstkritiek gehouden te worden. De kunstgeschiedenis – en in het verlengde de kunstkritiek – was immers een heldere, overzichtelijke aangelegenheid.
Ons beeld van de kunst, de kunstgeschiedenis én van de wereld om ons heen, is inmiddels sterk veranderd. Heldere categorieën, strakke scheidslijnen, dominante narratieven en 'de' waarheid bestaan voor velen niet meer. In plaats daarvan is ieders ervaring, ieders mening, ieders realiteit er één in een diverse en meerstemmige wereld. De kunstkritiek verandert mee: niet langer verplicht afstandelijk en objectief, maar een genre waarin het mens-zijn, en de culturele, etnische, gender, economische identiteit en politieke oriëntatie van de auteur expliciet kunnen worden ingezet om kunstwerken of de kunstwereld in brede zin van context te voorzien.
Hanne Hagenaars, Zippora Elders en Lena van Tijen vertegenwoordigen drie generaties vrouwelijke kunstcritici, die ieder om eigen redenen hun kunstbeschouwingen vervlechten met persoonlijke observaties, herinneringen of gebeurtenissen uit hun eigen leven. Voor de een is verwevenheid van kunst en leven a priori. Kunst biedt lessen voor het leven en gaat over thema's waar we allemaal mee te maken hebben. Voor de andere is het schrijven in de 1e-persoon een bewuste keuze om de lezer transparantie te bieden over wie er vanuit welk perspectief aan het woord is. Er is ruimte voor twijfel en persoonlijke overpeinzingen. De ik-schrijvende criticus biedt zo tegenwicht aan de traditionele persoon van de criticus-connaisseur wiens woord decennia lang wet was.
De avond is samengesteld en wordt gemodereerd door AICA bestuurslid en kunstcriticus Christel Vesters. Aanvang: 19:30 uur. Na afloop is er zoals gebruikelijk een borrel en de gelegenheid om verder te praten. Voertaal van de bijeenkomst is Nederlands.
Ook in 2024 organiseert AICA weer een aantal salons: gesprekken en debatten over actuele thema's in de kunstkritiek, van theoretische beschouwingen tot praktische struikelblokken, met en voor AICA-leden, belangstellenden en speciale genodigden. De salons worden gehouden in de theaterzaal van Perdu, Kloveniersburgwal 86, Amsterdam. Inloop vanaf 19 uur, aanvang programma 19:30 uur.
De afbeelding bij aankondiging van de Salon is van Jan van Munster. Sinds 1987 duikt in het werk van Van Munster het IK-teken regelmatig en in zeer uiteenlopende vormen op.
Meer informatie over de sprekers:
De praktijk van Hanne Hagenaars focust zich op de verbintenis tussen kunst en leven. Hagenaars was initiatiefneemster van het tijdschrift The Dummy Speaks en oprichtster van het kunsttijdschrift Mister Motley over actuele kunst. In 2006 publiceerde ze haar boek Geen wolk, hoe kunst mijn leven redde. En in 2022 kwam haar boek Missen als een ronde vorm uit. Hagenaars werkte als curator van het Studium Generale voor de KABK en gaf jarenlang les aan diverse academies. Ze schrijft essay’s en maakt tentoonstellingen, zoals Aan de rand van de hemel (visioenen) voor museum Krona in Uden (samen met Gijs Assmann) en de tentoonstelling 31553580 (obsessie) voor nummers & schema’s voor het Museum van de Geest (samen met Jan Hoek).
Zippora Elders werkt internationaal als curator en adviseur, en schrijft regelmatig voor kunstplatformen, publicaties en daarbuiten. Elders studeerde kunstgeschiedenis en curatorial studies met bestuurskunde en filosofie. Ze was onder andere directeur van Kunstfort bij Vijfhuizen, cocurator van Sonsbeek en curator van Foam. Vorige maand rondde ze haar af als het Hoofd Curatorial Department & Outreach van Gropius Bau in Berlijn. Ze is betrokken bij kunstonderwijs en actief als bestuurder van organisaties in kunst, muziek en literatuur.
Lena van Tijen is een Nederlands-Kroatische schrijver, vertaler en boekverkoper. Haar teksten verschenen in De Groene Amsterdammer, Metropolis M, en het Belgische kunsttijdschrift GLEAN (voorheen HART). Haar vertalingen waren te lezen in het literaire tijdschrift Terras en De Gids. In 2022 werd haar tekst Mag het weg?bekroond met de Prijs voor de Jonge Kunstkritiek in de categorie essay.
Jan Veth, 'Karen', 1892. Stichting Kröller-Müller Museum, Otterlo
Het gebeurt niet vaak dat een museum een tentoonstelling wijdt aan het werk van een kunstcriticus. In de tentoonstelling Het oog van Jan Veth. Schilder en criticus rond 1900, in het Dordrechts Museum, komen naast de schilderijen van Jan Veth ook zijn kunstkritieken uitgebreid aan bod. Het leek ons daarom een goed idee om het culturele seizoen af te sluiten met een bezoek aan het Dordrechts Museum. Het museum verwelkomt ons graag op vrijdag 7 juli aanstaande, Sanne Baar, projectleider van de tentoonstelling zal een rondleiding verzorgen.
Na ons bezoek aan de tentoonstelling Het oog van Jan Veth is er gelegenheid om het werk van de acht kunstenaars te zien die zijn genomineerd voor de Galatea Kunstprijs 2023. De prijs wordt uitgereikt aan kunstenaars met een recent migratie verleden en is een initiatief van de Galatea Foundation. Twee van de kunstenaars, Vita Buivid en Natalia Grezina, beiden uit Oekraïne, zijn die middag in het museum. Wie wil kan met hen in gesprek over hun werk.
We starten om 14:00. Uiteraard heeft u met uw AICA kaart gratis toegang tot het museum. Na afloop is er gelegenheid om samen iets te drinken en bij te praten. U kunt zich aanmelden door een email te sturen aan info@aicanederland.org. Introducees zijn van harte welkom
Na lange tijd kunnen we elkaar eindelijk weer zien. We nodigen u dan ook van harte uit voor een AICA-Salon op donderdag 28 april in Amsterdam.
Tijdens deze Salon zal AICA-lid Irene de Craen vertellen over Errant Journal, een recent door haar opgericht tijdschrift voor cultuur en kritiek, en Domeniek Ruyters van Metropolis M zal ook aanwezig zijn om te praten over de stand van de kunsttijdschriften in Nederland.
Ook zal er aandacht zijn voor situatie van gevluchte Oekraïense kunstcritici en kunsthistorici in Nederland en over de mogelijkheden die we als AICA-Nederland hebben om hen te ondersteunen. Speciale gast is Anfissa Doroshenko, PhD-student culturele studies en senior research fellow op het gebied van prent- en papierconservering in het Khanenko Museum in Kyiv. Anfissa verblijft nu in Goor (bij Enschede) en zal vertellen over hoe we haar en haar collega's zouden kunnen helpen.
Vervolgens is er een boekenmarkt, waar een aantal uitgevers hun meest recente kunstboeken presenteren. Natuurlijk is er uitgebreid gelegenheid tot bijpraten bij een borrel.
Toegang is voor iedereen vrij, introducees zijn dus van harte welkom.
AICA-leden krijgen een eerste drankje gratis.
De avond vindt plaats in Perdu (Kloveniersburgwal 86, Amsterdam, op 4 minuten lopen vanaf metrohalte Rokin). Inloop vanaf 17:00u, het programma start om 17:30.
U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.