AICA-Salon op 27 februari over het ‘ik’ in de kunstkritiek

Jan van Munster,12 x IK (1999), installatie Abdijplein Middelburg, glas, argon, transformators. Foto: Ruden Riemets
Op dinsdagavond 27 februari gaan kunstcritici Hanne Hagenaars, Zippora Elders en Lena van Tijen met AICA-bestuurslid en kunstcriticus Christel Vesters in gesprek over de rol van het ik in hun werk. Steeds vaker brengen kunstcritici, behalve hun mening, ook hun persoonlijke beleving en (levens)ervaring in stelling in kunst kritische teksten. Welke functie heeft deze persoonlijke toon ten aanzien van de lezer? En hoe verhoudt zij zich tot de veronderstelde objectiviteit van de criticus? 'The personal is political', schreef de feministische activiste Carol Hanish in 1970, maar hoe verhouden het persoonlijke en politieke zich in de kunstkritiek?

Van beeldend kunstenaars is het inmiddels geaccepteerd dat zij autobiografische elementen in hun werk verwerken. De scheidslijn tussen kunstenaarschap en privé leven is meestal niet zo helder. Maar van de mensen die over hun werk schrijven, de kunstcritici en – journalisten, wordt nog steeds een bepaalde mate van objectiviteit verwacht, ook al bestaat zoiets als een 'objectief waardeoordeel' niet. Deze voorwaarde en claim van een objectieve kunstbeschouwing is de erfenis van een 'pure' modernistische kunstkritiek (denk: Clement Greenberg), die van de kunstcriticus verlangt zijn of haar subjectieve oordeel te staven aan bijvoorbeeld maatgevende meesterwerken uit de (westerse) kunstgeschiedenis. Esthetiek is het doel; politiek, maatschappelijke discussies, individuele meningen, laat staan persoonlijke gevoelens, dienen buiten het domein van de kunstkritiek gehouden te worden. De kunstgeschiedenis – en in het verlengde de kunstkritiek – was immers een heldere, overzichtelijke aangelegenheid.

Ons beeld van de kunst, de kunstgeschiedenis én van de wereld om ons heen, is inmiddels sterk veranderd. Heldere categorieën, strakke scheidslijnen, dominante narratieven en 'de' waarheid bestaan voor velen niet meer. In plaats daarvan is ieders ervaring, ieders mening, ieders realiteit er één in een diverse en meerstemmige wereld. De kunstkritiek verandert mee: niet langer verplicht afstandelijk en objectief, maar een genre waarin het mens-zijn, en de culturele, etnische, gender, economische identiteit en politieke oriëntatie van de auteur expliciet kunnen worden ingezet om kunstwerken of de kunstwereld in brede zin van context te voorzien.

Hanne Hagenaars, Zippora Elders en Lena van Tijen vertegenwoordigen drie generaties vrouwelijke kunstcritici, die ieder om eigen redenen hun kunstbeschouwingen vervlechten met persoonlijke observaties, herinneringen of gebeurtenissen uit hun eigen leven. Voor de een is verwevenheid van kunst en leven a priori. Kunst biedt lessen voor het leven en gaat over thema's waar we allemaal mee te maken hebben. Voor de andere is het schrijven in de 1e-persoon een bewuste keuze om de lezer transparantie te bieden over wie er vanuit welk perspectief aan het woord is. Er is ruimte voor twijfel en persoonlijke overpeinzingen. De ik-schrijvende criticus biedt zo tegenwicht aan de traditionele persoon van de criticus-connaisseur wiens woord decennia lang wet was.
 
De avond is samengesteld en wordt gemodereerd door AICA bestuurslid en kunstcriticus Christel Vesters. Aanvang: 19:30 uur. Na afloop is er zoals gebruikelijk een borrel en de gelegenheid om verder te praten. Voertaal van de bijeenkomst is Nederlands.

Om u aan te melden voor deze Salon stuurt u een email aan info@aicanederland.org (of klik hier).

Ook in 2024 organiseert AICA weer een aantal salons: gesprekken en debatten over actuele thema's in de kunstkritiek, van theoretische beschouwingen tot praktische struikelblokken, met en voor AICA-leden, belangstellenden en speciale genodigden. De salons worden gehouden in de theaterzaal van Perdu, Kloveniersburgwal 86, Amsterdam.  Inloop vanaf 19 uur, aanvang programma 19:30 uur.
 
De afbeelding bij aankondiging van de Salon is van Jan van Munster. Sinds 1987 duikt in het werk van Van Munster het IK-teken regelmatig en in zeer uiteenlopende vormen op.
 
 
Meer informatie over de sprekers:

De praktijk van Hanne Hagenaars focust zich op de verbintenis tussen kunst en leven. Hagenaars was initiatiefneemster van het tijdschrift The Dummy Speaks en oprichtster van het kunsttijdschrift Mister Motley over actuele kunst. In 2006 publiceerde ze haar boek  Geen wolk, hoe kunst mijn leven redde. En in 2022 kwam haar boek Missen als een ronde vorm uit. Hagenaars werkte als curator van het Studium Generale voor de KABK en gaf jarenlang les aan diverse academies. Ze schrijft essay’s en maakt tentoonstellingen, zoals Aan de rand van de hemel (visioenen) voor museum Krona in Uden (samen met Gijs Assmann) en de tentoonstelling 31553580 (obsessie) voor nummers & schema’s voor het Museum van de Geest (samen met Jan Hoek).

Zippora Elders werkt internationaal als curator en adviseur, en schrijft regelmatig voor kunstplatformen, publicaties en daarbuiten. Elders studeerde kunstgeschiedenis en curatorial studies met bestuurskunde en filosofie. Ze was onder andere directeur van Kunstfort bij Vijfhuizen, cocurator van Sonsbeek en curator van Foam. Vorige maand rondde ze haar  af als het Hoofd Curatorial Department & Outreach van Gropius Bau in Berlijn. Ze is betrokken bij kunstonderwijs en actief als bestuurder van organisaties in kunst, muziek en literatuur.

Lena van Tijen is een Nederlands-Kroatische schrijver, vertaler en boekverkoper. Haar teksten verschenen in De Groene AmsterdammerMetropolis M, en het Belgische kunsttijdschrift GLEAN (voorheen HART). Haar vertalingen waren te lezen in het literaire tijdschrift Terras en De Gids. In 2022 werd haar tekst Mag het weg? bekroond met de Prijs voor de Jonge Kunstkritiek in de categorie essay.