In 'Art, Engagement, Economy' deelt Caroline Woolard de vruchten van twaalf jaar kunstenaarschap

Met een rugdikte van vier centimeter en een gewicht van ruim een kilo is het 570 paginas tellende boek Art, Engagement, Economy: The Working Practice of Caroline Woolard een intimiderende verschijning. Het monumentale formaat en de overweldigende hoeveelheid informatie zouden te snel geïnterpreteerd kunnen worden als zelfzuchtig, maar wie bekend is met het werk van Caroline Woolard begrijpt dat de kunstenaar de lezer hoog inschat en die daarom zelf laat bepalen hoe het boek te gebruiken.

De in New York gevestigde interdisciplinaire kunstenaar Caroline Woolard (1984) leerde van jongs af aan van haar ouders de buitenwereld te wantrouwen, want, zo werd haar verteld, het gezin had geen hulp van buitenaf nodig. Ook buiten de muren van haar ouderlijk huis zingt die gedachte rond: iedereen is verantwoordelijk voor het eigen succes.

Woolards levensdoel, zo schrijft ze in Art, Engagement, Economy, is to heal the trauma of alienation that I sense around me by embodying a living commitment to the pleasures and pains of interdependence. Maar hiervoor moet wel de huidige kapitalistische economie op de schop.

Van alleen kijken naar een medicijn is nog nooit iemand genezen. Woolard maakt daarom niet alleen kunst om te aanschouwen maar ook om te gebruiken. Met haar sculpturale objecten, installaties en online netwerken wil Woolard gesprekken op gang brengen, zowel binnen kunstinstellingen als daarbuiten, over de manieren waarop we in ons levensonderhoud voorzien. Ze vraagt ons kritisch te reflecteren op hoe we werken, communiceren, bewegen, wonen en leren.

Woolard’s ambities sluiten aan bij die van de solidarity economy, ook wel cooperative economy of peoples economy genoemd: een economie die niet gestoeld is op wantrouwen, maar op onderling vertrouwen; niet uitgetekend vanuit ivoren torens, maar voor en door de gewone mens. In plaats van de onstilbare honger naar winst en groei ligt in een solidaire economie de prioriteit bij het welzijn van mens en planeet.

Art, Engagement, Economy bevat het resultaat van twaalf jaar werken (van krediet- tot coronacrisis) en biedt een inkijk in Woolard’s werkproces.

Tijdens het lezen bekroop me steeds het gevoel stiekem door Woolards archief te bladeren. Van heel dichtbij wordt de lezer betrokken bij de intensieve arbeid die schuilgaat achter de tastbare resultaten van haar kunstenaarschap. Het archief is volledig, op het obsessieve af. Naast essays en foto’s van de afgeronde projecten bevat het boek namelijk ook minder conventionele documenten zoals mailwisselingen, budgetten, overeenkomsten, diagrammen, 1:1 scans en schetsvoorstellen. Deze kijk achter de schermen geeft inzicht in de manier waarop Woolard navigeert in de kunstwereld en hoe zij haar ‘BIG VISION’ van de solidarity arts economy vertaalt naar realistische plannen van aanpak.

In eerste instantie voelt de rigide-ogende structuur waarin alle informatie is gegoten tegen-intuïtief met wat je van een vrije geest zou verwachten. Naar eigen zeggen kan Woolard ook ‘incredibly messy’ zijn. In die zin is het boek geen letterlijke weergave van de (grotendeels iteratieve en associatieve) processen; maar dat was ook niet haar bedoeling.

Om haar ervaringen deelbaar en bruikbaar te maken bedacht Woolard in samenwerking met ontwerper Angela Lorenzo een navigatiesysteem dat, afhankelijk van de intentie van de lezer, op verschillende manieren te raadplegen is, bijvoorbeeld per project, per projectfase (managing/making/mediating) of via een tijdlijn. Daarnaast is het boek ook in verschillende vormen beschikbaar. Zo is haar boek gratis te downloaden als pdf en online toegankelijk via carolinewoolard.com samen met de bijbehorende open-access expositie. Die open-source mentaliteit hangt als een aura om het boek: Woolard en de uitgeverij schrijven in de colofon ‘happy’ te zijn ‘for others to modify and share this work, under a Creative Commons Attribution-ShareAlike license’, daar waar normaliter met klem het tegenovergestelde wordt geadviseerd.

Sommige dingen zijn nu eenmaal niet te vatten in tekst of beeld en kunnen daarom beter worden overgelaten aan de verbeelding, zoals de complexiteit en dynamiek van groepsbijeenkomsten bijvoorbeeld. Om die reden liet Woolard sommige pagina’s leeg, met uitzondering van de tekst ‘imagine a group gathering’. Een groepsfoto zou te veel op een galerie-opening of een alledaagse bijeenkomst kunnen lijken, terwijl het sociale en coöperatieve aspect is wat ze wil belichten.

Ook in het manifest dat in het boek is opgenomen wordt het voorstellingsvermogen van de lezer aangesproken. Solidarity Art Economy Manifesto / From Artist to Solidarity Arts Economy Organizer laat zien hoe een economie van solidariteit zich vertaalt naar de kunsten. Hierin benadrukt ze dat we, in het licht van de pandemie, juist nu na moeten denken over ‘art worlds that work for artists’. Het manifest is een verzoek om te dromen: ‘What is here? Dream into it/ Take in the feelings, smells, tastes/ How do you feel?/ I invite you to keep dreaming.’ ‘How do you feel’ is een vraag die steeds wederkeert, waarmee ze ons eraan herinnert dat het vormgeven van nieuwe kunstwerelden evenzeer een hart- als hoofdzaak is.

Woolard omschrijft haar praktijk als een netwerk van schimmeldraden of wortels die de voedingsbodem zijn van haar meerjarige projecten. Die platformen (of initiatieven, organisaties, collectieven) zijn de stam die haar kortlopende projecten, de vruchten of bladeren in de metaforische boom, mogelijk maken en ondersteunen. Want, weet Woolard, dromen zijn van weinig betekenis wanneer ze onuitvoerbaar zijn of niet het juiste publiek bereiken. Met concrete voorbeelden uit haar eigen praktijk geeft ze inzicht in de verschillende manieren waarop haar dromen wortels groeien in, en een structurele bijdrage leveren aan, de alledaagse realiteit. Hiermee dicht ze stukje bij beetje de kloof, ontstaan onder het juk van kapitalisme, tussen kunst en het dagelijks leven.

I Don’t Have A Boss, Caroline Woolard for SolidarityNYC, typeset by Andrew Persoff, 2010.

Een economie verander je niet in een dag en dat doe je zeker niet in je eentje. Dit boek is voor nieuwsgierige kunstliefhebbers, maar vooral voor ambitieuze kunstenaars die een fundamentele bijdragen willen leveren aan een solidaire economie in de kunsten.

Het loslaten van bepaalde zekerheden kan spannend zijn, maar met Art, Engagement, Economie biedt Woolard tal van handvaten: ze deelt de zaadjes van haar vruchten, zodat ook anderen er stevige bomen van kunnen groeien. Het boek inspireert, informeert, geeft raad en geeft richting en is daarmee archief, handboek, gids en encyclopedie in één. Het boek kent in die zin geen einde, maar is, zoals de Amerikaanse kunsthistoricus Tina Rivers Ryan omschrijft, ‘a constantly unfolding act of engagement’.

Na 570 paginas lijkt haar radicale openheid een vanzelfsprekendheid. Je zou bijna vergeten hoeveel lef daarvoor nodig is.

Art, Engagement, Economy: The Working Practice of Caroline Woolard is gemaakt in het kader van het Jane and David Walentas Endowed Fellowship van Moore College of Art & Design. Het boek is te koop voor €22,00 via uitgeverij Onomatopee en gratis toegankelijk en te downloaden als pdf via book.carolinewoolard.com.

Deze tekst is geschreven in het kader van het AICA-mentorschap